Een zoon is iemand, die het hart van de Vader leert kennen

Door dr. K.D Goverts

`Alle dingen zijn Mij overgegeven door mijn Vader en nie­mand kent de Zoon dan de Vader, en niemand kent de Vader dan de Zoon en wie het de Zoon wil openba­ren` Matt.11:27|. Dit is een van de meest fundamentele uitspraken, die Jezus heeft gedaan over zijn geheim. Ik kan doen wát Ik doe, omdat alle dingen Mij zijn over­­ge­dragen. De Vader zegt: Ik zal Jou geven, wat in mijn hart is. Een Zoon is iemand, die het hart van de Vader leert kennen Ik geloof, dat we daar ook op een kernpunt komen, ook in verband met de Gemeente in de eindtijd: God wil mensen meedelen, wat er in zijn hart is. Dat is nou die onderwij­zing Een Zoon – zou je kunnen zeggen – is iemand, die het hart van de Vader gaat leren kennen. Dat is iets om extra aandacht te geven, want dat kan een omschakeling be­te­kenen in je hele gerichtheid. Je mag dus vragen aan God: Vader, wat is er in uw hart; ik wil weten wat er in uw hart is. Het is toch ook wel een unieke zaak, dat God daarover wil praten. God wil aan de mens overdragen – en bij Jezus kon dat helemaal – wat Hij in zijn hart meedraagt, wat Hem we­zenlijk ter harte gaat. Als de mens gaat ont­dekken, wat er in het hart van God is, dan worden God en mens één. Dan kan God ook door middel van die mens zijn hartsgeheimen uitvoe­ren. Dan krijg je ook een heel ander niveau. Je kunt wat dat betreft op ver­schil­len­de niveaus leven. Er zijn mensen, die alleen maar vragen wat ze nodig hebben. Heer wilt U, Heer wilt U dit, Heer wilt U ook… Dat is een eenzij­dig gebed. God zoekt eigenlijk nog naar iets anders. God zoekt niet alleen de mens, die alleen maar vraagt wat hij nodig heeft, maar de mens die vraagt aan God: Wat is er in uw hart? Er staat dan zo mooi in v.27: ‘alle dingen worden overgegeven aan de Zoon’ en dan staat er zo opvallend: `Niemand kent de Zoon dan de Vader, en niemand kent de Vader dan de Zoon`.

Samengevat: Alleen Vader en Zoon kennen elkaar. Dat is dus, wat Jezus hier uitspreekt: Vader en Zoon kennen el­kaar, dat is die wederkerigheid, dat is die vertrouwens­relatie. God vraagt: met wie kan Ik die vertrouwensrelatie aangaan? Aan wie kan Ik mijn geheimen toever­trou­wen?

 

 

Comments (0)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *