Belijdenis
10-05-2022 door Joop NevenVan Dorothee Sölle
Ik zal niet geloven in het recht van de sterkste, in de taal van de wapens, in de macht der machtigen. Maar ik wil geloven in het recht van de minste, in de open hand, in de geweldloosheid.
Ik zal niet geloven in ras of rijkdom, in voorrechten, in de gevestigde orde. Maar ik wil geloven dat alle mensen ménsen zijn, dat de orde van het onrecht wanorde is.
Ik zal niet geloven dat ik verdrukking zal kunnen bestrijden als ik onrecht laat bestaan. Maar ik wil geloven dat recht één is hier en daar, dat ik niet vrij ben zolang nog één mens slaaf is.
Ik zal niet geloven dat liefde een begoocheling is, vriendschap onbetrouwbaar en alle woorden leugen zijn. Maar ik wil geloven in de liefde die verdraagt, in de weg van mens tot mens, in woorden waar je op aan kunt.
Ik zal niet geloven dat oorlog onvermijdelijk is en vrede onbereikbaar. Maar ik wil geloven in de tekenen van hoop, in de kleine daad, in de vrede op aarde.
Ik zal niet geloven dat alle moeite vergeefs is, dat de dood het einde is. Maar ik durf geloven inde nieuwe mens die met Jezus begonnen is, in Gods eigen droom: een nieuwe hemel en een nieuwe aarde waar gerechtigheid woont.
Ik geloof in de gekruisigde, die leeft, in de mislukte, die niet mislukt is, in de weerloze, die door God niet in de steek wordt gelaten, in hem die liefheeft en wiens zaak God tot de zijne gemaakt heeft. God heeft de weerloze niet bewapend, Hij heeft hem niet te grond laten gaan, maar hij heeft hem juist als de weerloze erkent, aangenomen en liefgehad, dus opgewekt. In hem geloven is niets anders dan op hem ingaan, zijn weg gaan.