Voor Hem gaat er niets mis

Door Joop Neven

U kent ongetwijfeld de geschiedenis van Jozef, die verkocht werd door zijn broeders. Wat een misdaad! Wat een afschuwelijk leed. Ja, maar dan moet u Jozefs commentaar aan het eind van de geschiedenis eens lezen (Genesis 45:7,8). Hij zegt dan dat het niet zijn broeders waren die hem naar Egypte hadden gebracht maar dat het God Zelf was die dat had gedaan! Om zijn broeders in leven te houden! Dat is nou uitverkiezing of voorbestemming. En dan zie je ook Gods hart er achter. Want dat verharden, dat is niet met het verschrikkelijke idee dat God zomaar eens een keertje in een woedeuitval iemand gaat verharden of iemand het licht in de ogen ontneemt. Zo is dat niet. Als God verhardt, dan is dat slechts opdat Hij Zich zou ontfermen. Of om met de Romeinen 11 vers 32 te spreken: “want God heeft hen allen onder ongehoorzaamheid besloten, om Zich over hen allen te ontfermen“. Ook, nee juist over verharde mensen. Want je moet altijd een groot verschil maken tussen Gods weg en Gods doel. Het proces en de bestemming. In Gods wegen hier op aarde, bijvoorbeeld bij farao of Israël is er verharding. Maar die verharding van Israël is slechts een tijdelijke aangelegenheid. Als je het op zichzelf bekijkt, is het kwaad, afschuwelijk. Maar als je het ziet in relatie tot wat God ermee uitwerkt en in relatie tot de uiteindelijke afloop, dan val je net als Paulus op je knieën en zeg je mét hem wat in Romeinen 11 vers 33 staat: “o diepte van rijkdom, van wijsheid”. Dan wordt inderdaad zichtbaar: God is GOD!
Het is eigenlijk hetzelfde wat je ook ziet in het boek Job waar ook getobd wordt over het probleem van het kwaad. Maar wie zijn wij? Zolang wij niet weten hoe God de zon laat opgaan en hoe Hij de sterrenhemel dirigeert en hoe Hij een hart tachtig of negentig jaar kan laten kloppen of ons brein kan laten functioneren of een bloem kan laten opengaan, zolang wij daar zo goed als niets van afweten, zolang zijn wij ongeschikt om te beoordelen of God wat doet wel goed is. Wat verbeelden we ons wel? Dat zijn ook de vragen die Gods stelt aan Job. Het gaat niet om de vragen die Job en zijn vrienden aan God stellen. Welnee, God zegt: nu zal ik jou ook eens een paar vragen voorleggen. Heb je vragen? Dan heb Ik er ook een paar. En Hij zei: waar was je toen Ik het een zevengesternte maakte. Waar was je toen Ik de fundamenten van de aarde legde? En dan gaat Hij spreken over de dinosaurussen, of wat het dan ook geweest mogen zijn. En hoe God die hele schepping gemaakt heeft. Hij zegt: begrijp je er iets van? En dan lezen we dat Job zijn hand op zijn mond legt en zegt: nee, dat weet ik niet. Dus wie zijn wij om God te beoordelen? Dacht u nu werkelijk dat er bij Hem ook maar iets mis kán gaan? God is GOD. Als je dat eenmaal weet en accepteert dan krijg je ook werkelijk rust en vrede. Want je weet dan dat er een God is die met alles een bedoeling heeft. Ook met de goddelozen. En dan hoef je ook niet meer zo te rennen. Ik vind prachtig om van het Evangelie te vertellen, want het is de blijde boodschap van een God die van deze wereld houdt en van een God die werkelijk GOD is en die alles in zijn hand heeft en die door zijn Zoon de hele wereld gaat zegenen et cetera et cetera. Dat is werkelijk een enorme blijde berichtgeving en machtig om te vertellen, maar ik hoef niet meer zo hard te rennen om dat te gaan vertellen omdat anders mensen voor eeuwig verloren zouden gaan. Dus vanuit dat concept. Waarom zou ik? Ik weet van een God die Zich ontfermt. Ik vertel het tegen iedereen die het maar horen wil, maar ik hoef daar niet geforceerd over te doen, want het hangt niet van mij af. God gaat toch wel zijn weg. Het hangt helemaal niet van ons af, of wij nu willen of rennen, maar van de ontfermende God. Dát is de Bijbelse waarheid.

 

Comments (0)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *