Velen staan bij de deur…

Door dr. K.D Goverts

Velen staan bij de deur,
maar het zijn de eerstelingen
die zullen binnengaan
in het bruidsvertrek

Dit is een woord uit het Thomas-evangelie. Een bundel woorden van Jezus, ooit in oude tijden opgetekend in Syrische tradities. Mensen die iets hadden opgevangen, gegrepen van het hart. Velen staan bij de deur. Dat is soms de pijn van een mens, dan sta je daar, schuchter, bedeesd, en je durft niet naar binnen. Ben je welkom? Je weet het niet. Net als in het verhaal van die Joodse schrijver Israel Zangwill; hij vertelt over een jongeman, al jaren weg van huis. Overal geweest, gezworven, rondgetrokken, moeizaam geleefd, een verloren zoon misschien? Een Kaïn misschien? Dwalend en dolend moet ik zijn op de aarde. Zwervend en zwalkend. En op een avond staat hij bij de deur. Bij de deur van het ouderlijk huis. En het is Sederavond. De avond waarop overal gedacht wordt aan de uittocht uit Egypte. Deze nacht is heel bijzonder, deze nacht gebeurt het wonder. En hij luistert aan de deurpost. Hij aarzelt, hij durft niet; al zo lang weggeweest. Alles is zo vreemd geworden, de afstand zo groot en het oude, vertrouwde zo vaag en zo ver. Het hart is stil gevallen en de ziel spreekt allang niet meer. De jongeman voelt zich helemaal niet op zijn gemak; de spanning stijgt hem naar het hoofd en hij denkt: ik maak dat ik wegkom; straks komt er iemand naar buiten, mijn vader misschien of mijn moeder en dan zien ze me en wat zullen ze doen? Het kan zijn dat ze me wegjagen. Je bent hier al zo lang niet geweest, nu hoef je hier ook niet te komen om feest te vieren. Je hebt ons al zovele jaren in de steek gelaten, nu hebben we er geen belang bij dat je er bent…. Dan opeens hoort hij zingen, daarbinnen. Hij spits zijn oren: die melodie kent hij nog. Van toen hij kind was. Elk jaar, hij weet het nog als de dag van gisteren, zongen ze dit lied. Of hij het wil of niet, hij blijft luisteren. Gefascineerd. Dezelfde sfeer als vroeger. Even later zwijgt het gezang. De tonen klinken nog na in zijn gekweld gemoed. Het lied is ten einden, denkt hij, dan zal ik nu maar gaan. En dan – dan is daar binnen een stem. Die stem kent hij. Zo vertrouwd. De stem van vader. En wat wordt daar gezegd? De aloude woorden, die elk jaar klinken. “Ieder die honger heeft, dat hij of zij kome en met ons ete. Ieder die dorst heeft, dat hij of zij kome en drinken met ons. En ieder die in nood is, kom. Ieder die terug wil keren tot het huis van zijn oorsprong, dat hij of zij kome. Ieder die terug wil komen, kom. Uw plaats is leeg te midden van hen die zijn aangezeten: wees niet bevreesd en kom”. Als hij deze worden gehoord heeft, deze stem, zo bekend, de stem die hem zo vertrouwd in de oren klinkt vanuit zijn kinderjaren, dan kan hij zich niet langer bedwingen. Hij duwt de deur open en in een oogwenk staat hij binnen. Enfant perdu: verdwaald kind. En de ziel is een kind dat schreit om goddelijk erbarmen zegt Henri van den Bergh van Eysinga.

Velen staan bij de deur, maar wie is de eenling die binnengaat? Binnengaan, dat is een sleutelwoord in ons leven. In dat enen woord ligt een geheim besloten. Het gaat niet om het aanhangen van een leer. Vaak heeft men van het “christendom” een reeks dogma’s gemaakt. Leerstellingen die ge moet onderschrijven. Zet maar even uw handtekening. Formulieren van enigheid. In de praktijk vaak geworden tot formulieren van onenigheid. Maar het gaat om heel iets anders. Niet het “ja zeggen” op een aantal leerstukken. Het instemmen met een theorie. Geloof is: binnengaan.

Daar is een mens die binnengaat in het geheim. Die zich door het Geheim laat omsluiten. Daar is een mens die thuiskomt in de Verborgenheid. Die mens is alle dogma’s voorbij. Alle leerstellingen hebben hun glans verloren. Die mens is alleen nog maar stil van verwondering. Hier weidt mijn ziel met een verwonderd oog…. Die mens is thuis gekomen. Met de woorden van de dichter H.J.W.M Keuls, die de tijden zo somber was en het gevoel had dat hij altijd maar bij de deur stond, eenzaam en buitengesloten, maar die soms opeens het donker zag oplichten”

‘en wie U mist, kan U verstaan,
ik heb uw wezen ondergaan’.

Comments (0)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *