De plaats
07-07-2010 door Joop NevenEen van de namen voor God is De Plaats.
Dat woord “God” is in feite maar een hulpwoord, bij gebrek aan beter, zou je haast zeggen. Vandaar dat de Joodse traditie ook meestal de neiging heeft om de Godsnaam niet uit te spreken. Dan schrijven ze die “o” ook niet, maar schrijven G’d. Om aan te geven: zo heet Hij eigenlijk niet.
God is dus de Plaats.
Omdat God de Plaats is van de wereld.
In dit verband staat er een prachtige tekst in Exodus, zegt rabbi José Chalapha: “Zie, bij Mij is een plaats, waar gij op de rots kunt staan” {Ex.33:21}. En deze tekst staat notabene in dat verhaal over het gouden kalf. Je denkt dan: nu is alles verloren, einde geschiedenis, einde gesprek.
Dus God is de Plaats voor Mozes. Mozes heeft een plaats bij God. Deze tekst is een sleuteltekst geworden voor het Joodse denken. De plaats voor Mozes, de plaats voor de mensheid, de plaats voor de wereld is bij Hèm. Het is dus niet zozeer dat God een plaats bij ons heeft, zò Hij die plaats dan al heeft, maar wij hebben een plaats bij Hèm. In heel de Bijbel, van Genesis af, gaat het erom, dat die mens op zijn plaats komt. Op zijn Plaats. Vergelijk in dit verband ook dat woord van Jezus: “Ik ga heen om u plaats te bereiden”. {Joh.14:2}